Omschrijving van de juridische term Vertrouwensbeginsel:
Het Vertrouwensbeginsel is een fundamenteel juridisch principe en houdt in dat burgers erop moeten kunnen vertrouwen dat de overheid consistent en betrouwbaar handelt. Het vertrouwensbeginsel speelt een cruciale rol in de relatie tussen de overheid en de burger en is essentieel voor een eerlijke en transparante overheid.
Het vertrouwensbeginsel vereist dat de overheid haar toezeggingen nakomt en zich houdt aan eerder gecommuniceerde standpunten, tenzij er gegronde redenen zijn voor verandering. Dit houdt in dat als de overheid, bijvoorbeeld via een van haar vertegenwoordigers, een belofte doet of een bepaalde verwachting wekt, deze in principe gehonoreerd moet worden.
De toepassing van het vertrouwensbeginsel komt vaak aan de orde in bezwaar- en beroepsprocedures. Als een burger aanvoert dat hij op grond van uitlatingen of gedragingen van de overheid een bepaald vertrouwen mocht hebben, dan moet de bestuursrechter beoordelen of dit vertrouwen gerechtvaardigd was en of de overheid dit vertrouwen moet honoreren.
Juridische context waarin de term Vertrouwensbeginsel gebruikt kan worden:
Toezeggingen door Ambtenaren: Stel, een gemeenteambtenaar zegt toe dat een burger een vergunning zal krijgen voor het verbouwen van zijn huis. Als de vergunning later zonder geldige reden wordt geweigerd, kan de burger zich beroepen op het vertrouwensbeginsel. De burger mocht immers uitgaan van de toezegging van de ambtenaar.
Informatie in Overheidspublicaties: Als de overheid in haar publicaties bepaalde informatie geeft over subsidies of regelgeving, mogen burgers en bedrijven erop vertrouwen dat deze informatie correct is en dat de overheid conform deze informatie zal handelen.
